Wie ooit een civiele procedure heeft moeten voeren weet dat deze erg lang kunnen duren. Met de nieuwe, verkorte civiele procedure die de Rechtbank Amsterdam in juni 2019 introduceert, komt hier eindelijk verandering in. De nieuwe procedure zal een aanvulling zijn op de twee reeds bestaande procedures: het kort geding en de “normale” bodemprocedure.
Doorlooptijd
De Rechtbank Amsterdam hoopt met deze nieuwe procedure de doorlooptijden van een civiele handelszaak sterk te verminderen. Momenteel kan het in een bodemprocedure vier tot zes maanden duren voordat een zitting plaatsvindt, en nog langer voordat men een uitspraak heeft. Bij de nieuwe procedure is het de bedoeling dat na ontvangst van een (concept)dagvaarding, direct een zitting wordt ingepland op korte termijn (gelijk aan een kort geding-procedure). De wederpartij kan vervolgens twee weken voor de zitting een schriftelijk verweer indienen.
Hiermee wordt al aanzienlijk veel tijd bespaard, aangezien in een bodemprocedure doorgaans pas een zitting gepland wordt enige tijd nadat het schriftelijke verweer van de wederpartij ingediend is. Op de zitting zal de rechter proberen partijen nader tot elkaar te brengen en bekijken of een schikking tussen hen mogelijk is. Mocht dit niet het geval zijn, dan streeft de rechter ernaar om direct op de zitting mondeling uitspraak te doen. Indien dit toch niet lukt, zal de uitspraak volgen op een termijn van maximaal vier weken. Hiermee wordt de doorlooptijd dus nog eens aanzienlijk verminderd.
Verschil met bestaande procedures
Het verschil tussen de nieuwe, verkorte procedure en de bestaande kort geding-procedure, zit hem met name in het feit dat voor de nieuwe procedure geen spoedeisend belang vereist is. Dit is wel een voorwaarde voor de kort geding-procedure, waarmee de kort geding-procedure voor veel zaken geen goede optie meer is. Daarnaast is het in een kort geding-procedure niet mogelijk om een constitutieve of declaratoire uitspraak (waarmee een bepaalde rechtstoestand wordt gecreëerd of vastgesteld, zoals een vernietiging van een overeenkomst of een verklaring voor recht) te verkrijgen; in de nieuwe, verkorte procedure zal dit wél mogelijk zijn aangezien het hier gaat om een bodemprocedure.
Waar geen ruimte voor is binnen de verkorte procedure, is voor uitgebreide getuigenverhoren, deskundigenonderzoeken of andere (uitgebreide) bewijsopdrachten. Dit zorgt immers voor vertraging van het geding, waardoor voor zaken waarin dit aan de orde is een reguliere bodemprocedure passender is.
Wel vereist voor het instellen van deze nieuwe procedure, is dat de zaak geschikt is voor een versnelde behandeling en dat beide partijen instemmen met het instellen hiervan. Blijft deze instemming van een van de partijen uit, dan dient alsnog een kort geding-procedure of reguliere bodemprocedure opgestart te worden.
Conclusie
De nieuwe, verkorte procedure die in juni 2019 zal worden geïntroduceerd lijkt veelbelovend en lijkt een mooie middenweg te worden tussen de reeds bestaande kort geding-procedure en de reguliere bodemprocedure. Het biedt voordelen voor beide partijen, nu zij korter in onzekerheid zitten over hoe het geschil voor hen zal uitpakken en zij zich sneller weer op andere (positievere) zaken zullen kunnen focussen. Ook vanuit financieel oogpunt zal deze procedure voordelen kunnen opleveren.
Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel, neem dan gerust contact met ons op. Wij helpen u graag verder!